Feedervissen (klik hier voor de gids) is erg populair in Duitsland. En of het nu in de rivier of het meer is, je gaat eigenlijk nooit zonder vis naar huis. Maar dit moet niet verkeerd begrepen worden, want feedervissen is zeker geen saaie manier van vissen. Er is veel om rekening mee te houden en vaak maken kleine dingen het verschil.

Met deze 10 tips verbeter je zeker je feeder fishing setup en vergroot je de kans op nog meer succes.

Markeer de breedte met een vetpotlood

Wanneer je hebt uitgeworpen en nu de breedte wilt vastleggen, klemmen de meeste vissers de lijn gewoon in de lijnclip. Wij raden echter aan om met een vetpotlood de lijn net boven de reel te markeren. Haak de lijn ook niet in de clip, maar vervang deze door een sterk elastiek. Knoop hiervoor een stuk elastiek tot een ring, haak het in de clip en plaats het vervolgens om de spoel zodat de lijn wordt tegengehouden. Bij het werpen wordt de lijn dan altijd heel voorzichtig gestopt en bij grotere vissen kun je gewoon aan de knoop trekken en het elastiek uit de clip trekken.

U kunt dit rubber bijvoorbeeld gebruiken:

De lijn wordt dus niet beschadigd en de dril van grote vissen is geen probleem meer.

Gebruik de overhead cast

Het is raadzaam om bij het feederen de overhead cast te gebruiken. Dit is een goede manier om te mikken op een obstakel op de tegenoverliggende oever en nauwkeurig in die richting te werpen. Zo vergroot je de kans dat je steeds op dezelfde plek vist. Je hebt één hand op de reelhouder en de andere op het ondereind van de hengel. Met de tweede hand creëer je dan de hefboomwerking om een behoorlijke zwaai op te bouwen.

Een geschikte hengelsteun

Het is belangrijk dat u een stabiele en functionele hengelsteun kiest. De hengel moet niet over de steun kunnen glijden bij het aanbeten van grotere vissen. Daarom adviseren wij een steun met baleinen. Bijvoorbeeld deze van Michael Schlögl:

Voer op verdere afstanden

Vanaf een afstand van 50 meter en op voederplaatsen met veel vis moet je veel voeren, omdat het verstrooiingseffect relatief groot is. Daarom is het in deze gevallen zinvol de feeder te gebruiken om meer voer aan te voeren om de vissen tevreden te houden.

Breng maden rechtstreeks naar de bodem

Als je maden wilt binnenhalen maar ze vallen gewoon uit de korf of je bent bezorgd dat ze überhaupt op de bodem komen omdat kleinere vissen ze onderweg wegkapen, dan is er een manier. Je kunt een heleboel maden in de korf stoppen met madenlijm en ze dan loslaten op je voederplek. De lijm lost op de bodem op en laat de maden los op je voerstek.

Bereid de draadmand voor op maden

Je kunt ook isolatietape om het midden van een draadmandje doen. Stop dan wat voedsel in de bodem, leg wat maden in het midden en “sluit” de mand met meer voedsel. Zo kunnen de maden er niet uitvliegen als ze gegooid worden en krijg je in één keer hetzelfde aantal maden binnen.

Geurspray kan het verschil maken

Als de vissen niet echt willen bijten, of als je ze meer wilt laten bijten, kan een lokstofspray helpen. Je kunt het direct op het haakaas spuiten en ook op het voer in de voerkorf.

Het extra in het voer

Als je bij het feedervissen op grotere vissen mikt, zoals karper of brasem, kan het helpen om grotere deeltjes toe te voegen. Bijvoorbeeld in stukken gesneden wormen (tip: gebruik een wormsnijder), maïs of voederpellets.

Lege korf

Het is heel verstandig om de hengel niet meteen nadat de korf naar de bodem is gezakt neer te leggen en met rust te laten. In plaats daarvan kan het helpen om twee slagen aan de slinger te maken om de voerkorf te legen. Het trekt ook je haakaas dichter naar de voerplek. De beweging kan ook een aanbeet uitlokken.

Beet op beet

Als je de ene na de andere aanbeet krijgt, kun je worpen maken zonder tussendoor voer in de korf. Als de aanbeten beginnen te vertragen, vul je de mand opnieuw.